Zorg jij goed voor jezelf? Zowel in tijd, energie, de leuke dingen van het leven als in persoonlijke ontwikkeling en financieel opzicht? Maak je je dromen waar maar verlies je je tegelijkertijd niet in altijd aan het werk zijn? Is er balans tussen jouw feelgood time en je werktijd?

Meestal heb je de neiging om meer voor het één te gaan dan voor het ander. Omdat je een bepaald patroon gewend bent. Van huis uit iets mee hebt gekregen, zoals dat hard werken loont of juist dat ambitieuze mensen kil zijn. Terwijl de balans tussen beide zorgt voor een fijn leven waarin ruimte is voor allebei.

Zodat je en voor jezelf zorgt in zakelijk opzicht en je van genieten van het leven een dagelijkse gewoonte hebt gemaakt.

Benieuwd naar de balans tussen jouw feelgood girl en businesslady?

Doe de test. Pak er even pen en papier bij en noteer steeds of je kiest voor A, B, C of D.

1. Doe jij regelmatig iets wat je zelf leuk vindt om te doen? Een schilderles? Yoga? Studie? Iets waar je energie van krijgt en enkel en alleen voor jezelf? Niet omdat je denkt dat het moet maar alleen omdat je het zelf wil.

A. Ja, elke week wel één keer.

B. Zelfs meerdere keren per week.

C. Dat lukt me niet elke week maar wel regelmatig.

D. Nu ik erover nadenk, is dat wel al enige tijd geleden. Ik ben het wel van plan steeds, maar het komt er niet van.

2. Er komt een kans voorbij op je werk. Het enige is, je moet een opleiding volgen om erin te kunnen springen. Wat doe je?

A. Die opleiding is geboekt en betaald (of ingediend bij mijn werkgever).

B. Ik heb het voor mezelf voor volgende week in de agenda gezet. Als ik het dan nog steeds wil, ga ik het doen.

C. Ik moet eerst thuis overleggen of we het geld wel hebben en ik de uren wel vrij kan maken om ook aan de studie te gaan. Als ik geen hulp krijg of er een beetje met me meegedacht wordt, gaat het een lastig verhaal worden.

D. Ik heb genoeg opleidingen en ik hoef ook geen kansen te pakken, waar ik nu ben is prima.

3. Stel je bent gek op de sauna en je appt een vriendin die het altijd leuk vindt om mee te gaan. Hoe lang zit er tussen het idee en daadwerkelijk met je blote kont in de hottube zitten?

A. Daar zitten wij nog dezelfde week, geknipt en geschoren.

B. We moeten allebei even de agenda trekken maar dan staat er binnen een maand ook wel een datum in.

C. Ja, dat is wel een ding. Regelmatig moeten we toch weer afbellen of verzetten, waardoor we eigenlijk wel elke maand zouden willen gaan maar als we drie keer per jaar halen is het veel.

D. Dat blijft bij het idee helaas.

4. Als je aan het werk bent…

A. Vergeet je regelmatig de tijd. Je gaat helemaal op in wat je doet. Je moet een alarm zetten om niet te vergeten naar die afspraak te gaan of je kids uit school te halen.

B. Vraag je je altijd af waar de tijd blijft. Er is te weinig tijd en te veel te doen. Regelmatig check je hoe je zit in je tijd en vrees je dat je al het werk wat er nog ligt weer niet af gaat krijgen.

C. Bepaal je ’s morgens je meest belangrijke prioriteiten. Als die af zijn is de rest bonus. Dat kan ook betekenen dat je dan van jezelf de stad in mag om dat leuke jurkje te scoren of je gaat gezellig kletsen op een andere afdeling.

D. Verveel je je te pletter, je bent ongeïnspireerd of ontmoedigd. Je haalt geen lol uit je werk en telt de uren tot je weer kan vertrekken.

5. Jouw vriendinnen…

A. Ken je allemaal via je werk. Je bent dan ook altijd op borrels en netwerkevenementen te vinden.

B. Ken je allemaal vanuit je lagere en middelbare schooltijd. Oke, die aangetrouwde schoonzus is er later bijgekomen.

C. Zijn een mix van vriendinnen van vroeger en van nu. Werk, privé en van een aantal van allebei een beetje.

D. Heb je eigenlijk niet. Je hebt wat zakelijke contacten, maar die zou je niet midden in de nacht bellen om een potje te janken.

6. Jouw motto is:

A. Een dag niet gelachen is een dag niet geleefd.

B. Voor niets gaat de zon op.

C. Alles waar te voor staat is niet oke.

D. Work hard, play hard.

7. Je hebt in de stad hele gave laarzen gezien. Niet goedkoop, maar wel een investering in je verschijning. Wat doe je?

A. Staan al in mijn kast. Alleen nog even inspuiten.

B. Ik kijk op mijn begroting, als het past deze maand ga ik ze halen.

C. Ik bel deze week een aantal zakelijke klanten voor een extra opdracht of ik werk een aantal uren over zodat ik ze al heb terugverdiend.

D. Ik heb nog laarzen van drie jaar gelden, die waren toen in de uitverkoop en de zien er nog prima uit.

8. Je vriendin ligt in scheiding en heeft net een nieuw huisje gekregen. Je wilt graag helpen maar er is ook een belangrijke klant op je werk die aandacht vraagt en waar je als je bevalt, vaker opdrachten voor mag doen. Hoe verdeel je je tijd?

A. Ik schilder dat hele huis zodra ik uit mijn werk kom. Na een week lig ik met migraine op de bank, maar ik heb in ieder geval niemand teleur hoeven stellen.

B. Ik bewaak aan twee kanten mijn grenzen. Ik ga twee avonden en een middag in het weekend klussen bij mijn vriendin en ik lever geweldig werk voor mijn klant, maar ga er niet voor overwerken. Ik wil niet de indruk achterlaten dat mijn tijd niet belangrijk is en ik laat gewoon zien dat dat onder werktijd ook mogelijk is.

C. Mijn vriendinnen weten dat ik voor mijn werk leef en dat ik eenmaal thuis alle tijd voor mezelf nodig heb om de volgende dag weer te kunnen knallen. Ik heb een cadeaubon gestuurd van het klusbedrijf in de stad.

D. Met een beetje mazzel komt er nog een keer een scheiding en dan zit ik misschien beter in mijn tijd.

9. Persoonlijke ontwikkeling is voor jou:

A. De ene keer een cursus edelsmeden en de andere keer een studie voor mijn werk.

B. Spiritualiteit.

C. Een promotie maken op mijn werk of next level klanten helpen.

D. Alle drie de hierboven genoemde.

10. Geld is voor jou:

A. Nu eenmaal nodig om te kunnen leven.

B. Een uitdaging, hoe krijg ik zoveel mogelijk binnen en hoe geef ik het zo snel mogelijk weer uit.

C. Een manier om mijn doelen te verwezenlijken.

D. Nodig om mijn leven te leven en er plezier mee te maken.

11. Als je genoeg geld zou hebben zou je:

A. Dat verstandig investeren, bijvoorbeeld (een deel van) mijn huis aflossen en de rest wegzetten voor later.

B. Het uitgeven aan leuke dingen, het leven moet je vieren! Dus feestjes geven, winkelen en leuke tripjes boeken. Laat dat geld maar rollen.

C. Het vooral investeren in mijzelf of in mijn bedrijf, zodat ik mijn bedrijf kan laten groeien. Een deel zet ik op de bank als buffer voor grote uitgaven of mindere tijden.

D. Het verstandig uitgeven, zodat ik daar zelf plezier aan beleef maar ook een ander blij kan maken. Bijvoorbeeld investeren in een vakantiehuisje waar ik met mijn gezin veel plezier aan beleef, maar waar mijn familie en vrienden ook gebruik van kunnen maken.

12. Je feelgood girl aanzetten is voor jou:

A. Tijd doorbrengen met mijn vriendinnen.

B. Datgene doen wat me een goed gevoel geeft. Dat kan de ene keer de stad in gaan om iets moois voor mezelf te kopen en de andere keer een hele dag in de sauna hangen.

C. Dat weet ik eigenlijk niet zo goed, ik denk daar nooit over na.

D. Die wil ik wel aanzetten maar dan komt er altijd weer iets anders voorbij waardoor ik weer in de werk- of zorgmodus schiet.

13. Je businesslady aanzetten is voor jou: 

A. Aan het werk gaan.

B. Lange dagen maken en knallen op het werk.

C. Mijn leven zo vormgeven dat ik vooral veel plezier uit mijn werk haal omdat ik doe wat ik goed kan, met de voorwaarden die voor mij belangrijk zijn. Ik heb de zeggenschap.

D. Ik denk altijd dat je alleen een businesslady bent als je het gemaakt hebt in het leven. Als directrice of minister ofzo.

14. Carry Yourself - jezelf dragen…

A. Doe ik elke dag. Ik ben de belangrijkste persoon. Ik moet het immers mijn hele leven met mezelf uithouden. Dus investeer ik in de relatie met mezelf.

B. Doe ik zo vaak mogelijk. Soms vergeet ik het weer een tijdje en loop ik weer achter doelen van anderen aan, cijfer ik mezelf weg of maak ik mezelf minder belangrijk dan de ander. Maar ik krijg altijd wel een seintje dat ik mezelf weer op één mag zetten.

C. Dat vind ik egoïstisch klinken. Als je hard werkt en je best doet voor anderen, zal je gedragen worden door de ander.

D. Ik weet niet of ze me met liefde dragen, maar ik heb in ieder geval een flink aantal mensen voor me werken zodat ik van alles kan delegeren en niet veel zelf hoef op te lossen.

15. Wat wil je nalaten aan de wereld of aan je kinderen?

A. Dat het leven bedoeld is om lessen te leren. Ga daarin mee en geniet ondertussen zoveel mogelijk.

B. Dat het leven een groot spel is, waarbij jij het spel door moet leren krijgen.

C. Dat het leven niet om jou draait maar dat jij wel de hoofdrol moet spelen in jouw verhaal. Blijf niet in de zaal zitten maar ga op het podium staan.

D. Het leven is hard en geld maakt niet gelukkig, maar is wel handig.

16. Als ik denk aan mijn balans tussen mijn feelgood girl en businesslady…

A. Leef ik beide rollen, soms schiet ik door naar de één en soms weer naar de andere rol.

B. Ben ik tot nu toe vooral met mijn werk bezig geweest maar vind ik mezelf niet echt een businesslady omdat ik niet goed weet hoe dat er voor mij uitziet. Ik mis rolmodellen.

C. Kan ik die balans denk ik goed maken. Ik ben ambitieus in mijn werk en doe wat ik goed kan met veel plezier. Maar ik maak ook tijd om te genieten van het leven en ik investeer in mezelf, van opleidingen tot mooie spullen om me heen die reflecteren wie ik ben. 

D. Ik voel me vooral een feelgood girl omdat de mensen om me heen, mijn dierbaren, familie en vrienden, het belangrijkste voor me zijn. Ik spendeer graag mijn tijd met anderen een goed gevoel geven, dan voel ik mezelf ook goed.

That's it! Vraag hier de uitslag van de test aan.